De elfde speelfilm van Cédric Kahn is de elfendertigste over een familiebijeenkomst die zwaar ontspoort. Het hoge aantal is begrijpelijk, want familiebijeenkomsten zijn herkenbaar én kunnen inderdaad opgeschrikt worden door broedertwisten, erfeniskwesties, nooit geheelde trauma’s, etterende wondes en onhoudbare geheimen.
Het inspireerde Thomas Vinterberg twintig jaar geleden tot het memorabele Festen. Kahn hoeft zich als acteur (L’économie du couple) of regisseur (Roberto Succo) allang niet meer te bewijzen, maar zijn Fête de famille heeft het moeilijk om te concurreren met de vele voorgangers.
Op het verjaardagsfeest van de mater familias (een foutloze Catherine Deneuve) duikt de dochter voor het eerst sinds lang weer op. Is haar geestesziekte een reden om haar geldeis te negeren? Maakt een familie je zot of beschermt ze je net? De vraag wordt aangeraakt maar niet uitgediept.
De opeenvolging van oninteressante ruziescènes vermoeit. Zeker als je aarzelt om met de janboel te lachen of als je je makkelijk ergert aan de opgeblazen spelstijl van Emmanuelle Bercot en Vincent Macaigne.
Lees meer over: Brussel , Film , fête de famille , cedric kahn , Catherine Deneuve
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.