Je hoort er amper iets over, maar binnen de Brusselse administratie is een echte revolutie bezig. De grote gewestadministratie wordt langzaam leeggehaald en vervangen door thematische administraties met aan het hoofd telkens een voormalige cabinetard. Opvallend vaak is die van PS-signatuur. “Mensen solliciteren zelfs niet meer omdat ze denken que les carottes sont cuites.”
Donderdag 28 januari 2016. De Brusselse regering heeft eindelijk een topman gevonden voor perspective.brussels, het fonkelnieuwe planningsbureau van het gewest. De gelukkige luistert naar de naam Christophe Soil, was jaren adjunct-kabinetschef bij Laurette Onkelinx (PS) en werd gekozen uit een lijst van … één kandidaat. In het benoemingsbesluit vermeldt de regering verschillende kwaliteiten van de man, maar ook dat hij moet werken aan zijn managementcapaciteiten, meer empathie aan de dag moet leggen en beter moet delegeren.
Soil heeft vandaag zijn verdiensten als topman van het planningsbureau. Als Perspective echter een eigen standpunt moet formuleren, polst de directeur doorgaans even bij het kabinet van de minister-president. “Wat wil je dat we zeggen,” is dan de boodschap aan de politiek.
De man is maar een van de topmensen die de voorbije jaren benoemd werden in nieuwe structuren. Brussel Fiscaliteit kreeg met Dirk De Smedt de voormalige kabinetschef van Brussels minister Guy Vanhengel (Open VLD) aan het hoofd. Bety Waknine ruilde haar titel van adjunct-kabinetschef bij Rudi Vervoort (PS) voor de pet van CEO bij Brussel Stedenbouw en Erfgoed, ook al een nieuwe administratie. En ook Jamil Araoud vertrok van het kabinet-Vervoort naar zijn directeursstoel bij Brussel Veiligheid en Preventie, de nieuwe structuur die Brussel oprichtte na de zesde staatshervorming. Het lijstje is langer (zie grafiek) en er is één constante: de PS domineert.
Les carottes sont cuites
De benoeming van Soil legt de vinger nog op een ander fenomeen. In theorie staan de topvacatures open voor iedereen en waakt een jury over een onafhankelijk selectieproces. Maar die werd tot dit jaar echter nog samengesteld door … de regering. “Bij veel mogelijke kandidaten leeft daardoor al vooraf het gevoel dat meedoen geen zin meer heeft parce que les carottes sont cuites, omdat de keuze al gemaakt is,” vertelt een vakbondsbron. “En dus komt het voor dat er welgeteld één kandidaat is, mét politiek etiket.”
De politieke benoemingen in Brussel zijn geen nieuw fenomeen. Maar door de hervorming van de administratie valt het mechanisme wel erg op. Die hervorming ziet er in grote lijnen als volgt uit: het centrale ministerie van het Brussels Gewest wordt gedeeltelijk leeggehaald en vervangen door nieuwe directies en thematische ministeries die direct onder de bevoegdheid van een bepaalde minister vallen. Brussel Fiscaliteit is een voorbeeld van zo’n structuur, die het statuut Instelling van Openbaar Nut (ION) kreeg. De nieuwe structuur komt onder minister van Begroting en Financiën Vanhengel.
In die thematische ministeries komen soms ook vzw’s van het gewest. Het voormalige Agentschap voor Territoriale Ontwikkeling bijvoorbeeld, maakt nu de hoofdmoot uit van planningsbureau perspective.brussels, ook al zo’n ION. Het planningsbureau zit direct onder minister-president Vervoort.
‘Belangrijkere minister’
De hervorming is onder meer een antwoord op de zesde staatshervorming, met bijkomende bevoegdheden, onder meer op het vlak van veiligheid.
Maar de regering wil het gewest ook slagkrachtiger maken. Want plannen duurt vandaag te lang in Brussel. Neem nu stedenbouw. Grote dossiers blijven er vaak in de fase van de simulatiebeelden steken. De centrale administratie kampt met tergend lange aanwervingstermijnen, ruziënde directeurs en een personeelsmotivatie die niet altijd optimaal is. De nieuwe structuur moet daar verandering in brengen.
Haar Groen-collega Bruno De Lille was in een vorig leven zelf nog lid van de Brusselse regering en bevoegd voor Openbaar Ambt (en dus voor de administratie). Ook hij volgt de hervorming en de benoemingscarrousel met argusogen. “Er komen directeursposten bij, maar wat de hele hervorming zal kosten, krijgen we niet te horen.” Die bijkomende posten zijn volgens De Lille een van de hoofdredenen voor de huidige hervorming. “Iedereen wil zijn mannetje zetten. Ik heb dat zelf beleefd in de regering. Het gaat dan niet meer over inhoud, maar over macht. Ik ben een belangrijkere minister dan jij, dus wil ik er nog een directeur bij.”
Over de kostprijs van de operatie wil het kabinet van Fadila Laanan (PS), Brussels staatssecretaris voor Openbaar Ambt, alleen kwijt dat de operatie “niet zo duur” zal zijn, omdat het vooral bestaande taken zijn die worden herschikt met bestaand personeel. Er komen wel wat gebouwen bij, geeft Laanan toe. “Maar dat was met de bijkomende taken en de verkoop van het CCN-gebouw hoe dan ook nodig.”
Aanspreekpunt
Dat iedereen zijn mannetje wil plaatsen heeft een reden. De benoemingen zorgen ook voor een direct en loyaal aanspreekpunt in de administratie, die op die manier een soort van superkabinet kan worden. De traditie wil nog steeds dat politici hun getrouwen belonen op het einde van de legislatuur. “Dat zie je trouwens evengoed buiten Brussel,” zegt professor Herman Matthijs (VUB), die zich specialiseert in overheidsadministraties. “Enkele jaren voor het einde van de legislatuur worden administraties vaak hervormd en komen zo zitjes vrij.”
Niet onbelangrijk ook: een goed netwerk in de administratie kan cruciaal zijn tijdens een oppositiekuur. De PS, die al sinds de oprichting van het gewest in 1989 in de regering zit, slaat vandaag een modderfiguur in de peilingen. “Als de partij er straks uitvliegt, kan zo’n netwerk van levensbelang zijn om informatie te krijgen en oppositie te voeren,” zegt Matthijs.
Hoe regeren met een ‘fout’ gekleurde administratie eruitziet, daar kunnen ze bij Groen over meespreken. “Kijk naar de gemeente Molenbeek, waar we in de meerderheid zitten,” zegt De Lille. “Daar is de PS er na jaren niet meer bij, en ziet het gemeentebestuur elke dag zijn peren met de administratie.”
Zo logisch politieke benoemingen kunnen lijken voor een minister in functie, zo ronduit vervelend kunnen ze zijn voor de opvolger. Ministers die op een ‘foute’ topman botsen, hebben vaak de neiging erg grote kabinetten in dienst te nemen. Zelfs staatssecretarissen met lichte bevoegdheden hebben al snel vijftig mensen in dienst, die vaak uit de administratie worden geplukt.
“Die kabinetten verpletteren dan de administratie,” zegt Brussels parlementslid Jef Van Damme (SP.A), ooit zelf kabinetsmedewerker bij Pascal Smet. “Ze nemen hun werk over en verzwakken de administratie, waardoor je dan zogezegd opnieuw een sterker kabinet nodig hebt. Dat is een vicieuze cirkel waar we dringend uit moeten. Vlaanderen kan daar als voorbeeld dienen, daar zijn die kabinetten zowat gehalveerd en is de administratie geherwaardeerd. Als je dat niet doet, raak je nooit van politieke benoemingen af.”
Onder druk van vooral Défi werd nu alvast de benoemingscarrousel hervormd. De regering maakt zich sterk dat de jury vanaf nu wel degelijk onafhankelijk zal zijn. Mocht het tegendeel blijken, dan weet Herman Matthijs alvast wat er in de volgende legislatuur zal gebeuren. “Als MR aan de macht komt, zullen die gewoon opnieuw de administratie hervormen en mannetjes zetten.”
De top van de Brusselse administratie en aanverwante instellingen
Hoe transparant is het beleid?
Lees meer over: Politiek , Hoe transparant is het beleid?
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.