De Vlaamse regering heeft een langverwacht akkoord bereikt over nieuwe inschrijvingsregels voor het onderwijs. Scholen zullen niet langer plaatsen moeten vrijhouden voor sociaal kwetsbare leerlingen. Gemeenten mogen voortaan zelf hun voorrangsregels bepalen. Een sociale mix is daardoor niet meer gegarandeerd. Specifiek voor Brussel wordt de voorrang voor leerlingen met Nederlandskundige ouders uitgebreid van 55 naar 65 procent. Momenteel heeft ongeveer een derde van de leerlingen een ouder die Nederlands spreekt.
Sociale mix op school niet langer verplicht, voorrang voor Nederlandskundige ouders stijgt
Dat schrijven Het Laatste Nieuws en De Standaard, en wordt bevestigd door het kabinet van Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA). Het gaat om "nieuwe inschrijvingsregels die ouders meer vrijheid moeten geven om een school naar wens te kiezen".
Het lokale niveau krijgt meer autonomie om het inschrijvingsbeleid op scholen vorm te geven. Zowel in het basis- als in het secundair onderwijs verdwijnt de opgelegde ‘dubbele contingentering’, het systeem met twee 'potjes' dat een sociale mix moest garanderen.
" Een indicatorleerling (GOK-leerling, red.) pakte de plek af van een kind wiens ouders dagenlang voor de school hadden gekampeerd"
Weyts noemt dat een "dwingend en centralistisch systeem waarbij een kind een ander kind kan voorbijsteken in de wachtrij", omdat zijn moeder geen hoger diploma heeft of het gezin een schooltoelage krijgt. Het leidde er volgens de minister in De Standaard toe dat zo'n zogenoemde indicatorleerling "de plek afpakte van een kind wiens ouders dagenlang voor de school hadden gekampeerd".
Brusselse Nederlandstalige scholen hebben momenteel 35 procent plaatsen voor dergelijke indicator- of gelijke onderwijskansen/GOK-kinderen, die evenwel niet altijd allemaal worden ingenomen. Voortaan kan men op lokaal niveau beslissen om tot maximaal 20 procent van de beschikbare plaatsen voor te behouden voor één of meerdere ondervertegenwoordigde groepen.
Dat kunnen kinderen uit sociaal kwetsbare gezinnen zijn, maar evengoed meisjes voor een jongensschool, of kinderen uit de onmiddellijke omgeving in het geval van een school die in de verre omtrek populair is. Dat moet een eventueel voorrangsbeleid "aanvullend en corrigerend, maar nooit te verstorend voor de vrije schoolkeuze" maken.
15 procent voorrang voor anderstaligen in Brussel
Het centrale digitale aanmeldsysteem voor alle Brusselse gemeenten van het Lokaal Overlegplatform (LOP) blijft behouden, net als in de andere grote steden. De gesprekspartner van het LOP om de nieuwe voorrangsregels qua aanmeldingen vast te leggen zal de Vlaamse Gemeenschapscommissie zijn.
Een voorrangsregel die wel behouden blijft is de voorrang voor kinderen met minstens één ouder die Nederlands spreekt in Brussel. Die wordt zelfs verhoogd, tot 65 procent van de beschikbare plaatsen en nog eens 15 procent in het secundair daarbovenop, voor wie vanaf 3 jaar consequent koos voor het Nederlandstalige onderwijs.
Op het terrein, in het Brusselse basisonderwijs, had in het schooljaar 2019-2020 een kwart van de leerlingen minstens één Nederlandskundige ouder. In het secundair onderwijs was dat iets meer, ongeveer een derde.
Dat leidde het LOP Brussel Basisonderwijs ertoe om eerder al te laten weten dat het, "rekening houdend met de Brusselse realiteit, geen noodzaak en relevantie in het verhogen van het percentage van voorrang voor Nederlandstaligen” ziet.
Resultaat van lange onderhandeling
De vorige Vlaamse regering bereikte in 2018 al een akkoord over het nieuwe inschrijvingsdecreet voor het onderwijs. De nieuwe inschrijvingsregels moesten komaf maken met het schoolkamperen in bepaalde Vlaamse steden, en tegelijk ook de maximale keuzevrijheid van ouders helpen garanderen. Het decreet moest in het secundair ook de veelbesproken ‘dubbele contingentering’ afschaffen.
De Franse Gemeenschapscommissie in Brussel, de Cocof, diende eind 2018 een belangenconflict in over de geplande verhoging van de voorrang voor Nederlandstaligen. Die legde volgens de Cocof alle druk bij het Franstalige onderwijs, waar intussen ook plaatstekorten zijn.
De nieuwe Vlaamse regering besliste bij haar aantreden in 2019 om de invoering van het vernieuwde inschrijvingsdecreet meteen een jaar uit te stellen. Een algoritme schrijven voor de nieuwe regels bleek niet haalbaar op korte termijn, maar de nieuwe minister Weyts had ook ideologische redenen. In het nieuwe Vlaamse regeerakkoord stond immers dat de dubbele contingentering ook in het basisonderwijs op de schop moest, een wens van N-VA.
Daarna werd de invoering opnieuw een jaar uitgesteld, deze keer met een verwijzing naar de coronacrisis. Het akkoord dat de Vlaamse regering nu bereikte - met ook de afschaffing van de verplichte sociale mix in het basisonderwijs - moet nog naar het parlement, waardoor het pas ten vroegste in september 2022 ingaat. Dat betekent dat de nieuwe regels pas voor de inschrijvingsperiode voor het schooljaar 2023-2024 in werking treden.
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.